Naar overzicht
Blauwe reiger
Dit is de meest algemene reiger in Zeeland. Je ziet ze overal waar water is, zelfs in de bebouwde kom en langs het strand. Ze broeden vaak in nabijheid van mensen. Zo zit er een grote kolonie in een stadspark in Middelburg en een op de begraafplaats in Goes. Blauwe reiger zoeken hun voedsel op een typische reigermanier langs de waterkant. Ze kunnen uren stil staan en loeren naar hun prooi. Ze zoeken niet alleen overdag naar voedsel maar ook vaak 's-nachts.
Grote zilverreiger
De grootste van de witte reigers in Europa, sommige zijn zelfs nog groter dan blauwe reigers. Vooral in de wintermaanden zie je deze sierlijke vogels met hun lange hals en gele snavel in de weilanden stappen, vaak in het gezelschap van schapen. Het zijn dan vogels die uit Oost-Europa bij ons overwinteren. Ze slapen met meerdere vogels bij elkaar, meestal met kleine zilverreigers.
Purperreiger
Deze kleurrijke reiger lijkt oppervlakkig wel wat op de blauwe reiger, zeker in de vlucht. Maar de prachtige oranje en purperen kleur op de hals en oranjebruine bovendelen kenmerken deze soort. In Zeeland zijn ze vooral tijdens de voorjaarstrek (volwassen vogels) en in mindere mate tijdens de najaarstrek (jonge vogels) te zien. Veruit de beste plek is telpost Breskens, waar op goede dagen in april meer dan twintig vogels langs vliegen.
Kleine zilverreiger
Duidelijk het kleinere broertje van de grote zilverreiger en verder goed te herkennen aan de zwarte snavel en zwarte poten met gele voeten. Die gele voeten bewegen deze reigers onder water om hun prooien, waterdiertjes, te lokken. Zeeland is een van de provincies waar dit reigertje zich het beste thuis voelt. Er broedden vorig jaar maar liefst 75 paartjes bij ons en in de winter lopen de aantallen soms op tot wel 300 vogels.
Kwak
Deze kleine reigersoort is ook een vogel uit Zuid-Europa. In Nederland broeden vooral vogels die uit waterwildcollecties en dierentuinen zijn ontsnapt. De grootste kolonie bevindt zich in een park in Middelburg. Ze hebben hun naam te danken aan het geluid dat ze al vliegend maken. De andere naam, nachtreiger, wijst op hun voorkeur om voedsel te gaan zoeken wanneer het donker is.
Koereiger
De kleinste van de witte reigers doet zijn naam eer aan, want hij zoekt zijn eten meestal in de buurt van koeien en schapen. Die grazers jagen voor hun hoeven grote insecten op, die de koereigers op hun beurt weer vangen. De koereiger is een wereldwijd voorkomende soort, die van Zuid-Europa oprukt naar het noorden. In Zeeland zijn ze jaarrond te zien, maar je moet geluk hebben. Heel af en toe broeden ze in de Braakman, tussen de blauwe reigers.
Roerdomp
De geheimzinnigste reiger in het rijtje is ongetwijfeld de roerdomp. Het is een echte moerasvogel die in grote rietvelden leeft en die je door zijn stiekeme gedrag en uitstekende schutkleuren niet makkelijk te zien krijgt. In de schemering en ’s nachts laat hij zijn bijzondere, hoempende roep horen. Die lijkt nog het meest op een verre misthoorn. Wanneer de winters streng zijn, komen er vogels uit Oost-Europa onze kant op en laten ze zich op het ijs wat beter zien. Jaarlijks broeden er maar enkele paartjes. De grootste kans om deze soort te zien in Zeeland is in de inlagen van Noord-Beveland en de kreken in Zeeuws-Vlaanderen.
Woudaap
De kleinste reigersoort van Europa heet het woudaapje of woudaap. Hij heeft zijn naam te danken aan het behendige geklauter door het riet. In Nederland en Zeeland is het een hele zeldzame broedvogel van moerassen met waterriet. Ze hebben een verborgen levenswijze tussen het riet, maar het mannetje verraadt zichzelf vaak door zijn roep. Het is een echte trekvogel, die de winter ver in Afrika doorbrengt. In Zeeland worden ze het meest gemeld uit de Zeeuws-Vlaamse kreken.
