Rian de Jonge
Rian de Jonge
Districtshoofd Noord
Ieder jaar hebben we ermee te maken: maaien. Het is een belangrijk onderdeel van natuurbeheer. En hoewel dit klinkt als routinewerk, is het verre van dat. Ieder natuurtype heeft afhankelijk van de omgeving een andere aanpak nodig. De klimaatontwikkelingen en weersomstandigheden worden bovendien grilliger en vragen om meer flexibiliteit.

In ieder natuurgebied werken we met beheerplannen. In een zesjarige cyclus leggen onze ecologen samen met terreinbeheerders aan de hand van monitoring en veldbezoeken nauwgezet vast welk type beheer nodig is voor dat specifieke gebied om zo ecologische, landschappelijke, cultuurhistorische en recreatieve waarden te beschermen. Dat kan consequenties hebben voor hoe we (natuurlijk) beweiden en maaien.

Akkerdistel

Eerste maaibeurt bij distels

Om verstoring en vertrapping van nesten te voorkomen houden we uiteraard rekening met het broedseizoen, dat formeel loopt van 15 maart tot 15 juli. We zijn echter ook wettelijk verplicht om ons te houden aan de distelverordening. Die schrijft voor dat er binnen 30 meter vanaf landbouwgrond geen bloeiende distels mogen staan. Daarom zijn we soms al eind mei of in juni bezig met de voorbereidingen voor die eerste maaibeurt. Eén of twee dagen van tevoren inventariseren we of er geen broedsel ligt en markeren we eventuele nesten. En bij het maaien loopt er iemand voor de maaimachine uit om te voorkomen dat nestvlieders, net geborenen, slachtoffer worden. 

Maaien en afvoeren

Vakwerk en flexibiliteit

Soms is het helemaal precisiewerk en komt het op twee weken of slechts één week aan, zoals bij de duinvalleien in Oranjezon. In deze zogenaamde ‘schatkamers’ kom je de meeste planten per vierkante meter tegen, zoals parnassia en diverse orchideeën. Dit natuurtype met veelal eenjarige soorten willen we absoluut schraal houden, maar te vroeg maaien betekent dat je geen zaad zult hebben. 

Als terreinbeheerder moet je dus écht kennis hebben van ‘jouw’ gebied, rekening houden met alle omstandigheden en op het juiste moment bijsturen in je planning. Gelukkig is dat bij onze beheerteams in zeer vertrouwde handen.

Ter verduidelijking: wij maaien alleen in onze eigen terreinen. Dat zijn natuurgebieden en hier en daar een bloemdijk. Wij maaien dus geen bermen en dijken. Weidevogelgebieden worden in het broedseizoen niet gemaaid vanwege de verstoring. Daarom staan in deze gebieden vaak runderen en/of schapen om de vegetatie kort te houden. Mocht het daarna nog nodig zijn word er nog gemaaid na het broedseizoen. Bloemdijken worden meerdere malen per jaar gemaaid om ze te verschralen. Als een bloemdijk namelijk niet word gemaaid, groeit deze helemaal dicht met grassen en komen er geen bloemen meer op.